BWV 274 Christe, der du bist Tag und Licht

 

BWV 274 Christe, der du bist Tag und Licht (in g klein)

De melodie is bij ons bekend van de Avondzang, onderdeel van de enige gezangen bij de oude psalmberijming. De melodie wordt aan Maarten Luther toegeschreven, maar hij gebruikte een bestaande melodie van het oude lied Christe qui lux es et dies (Christus, die het licht en de dag bent). Ook in andere bundels komt dit lied en de melodie voor.

Librettist Wolfgang Musculus of Meuslin, Melodie Martin (Maarten) Luther (?)

J.S. Bach: Christe, der du bist Tag und Licht, BWV 274 · Augsburger Domsingknaben · Reinhard Kammler · Claudia Waßner

Christe, der du bist Tag und Licht, BWV 274 · Chamber Choir of Europe & Nicol Matt

Christe, der du bist Tag und Licht,
vor dir ist, Herr, verborgen nichts:
du väterliches Lichtes Glanz,
lehr uns den Weg der Wahrheit ganz

 

Wolfgang Musculus

Wolfgang Musculus (geboren als Müslin of Mauslein; 10 september 1497 – 30 augustus 1563) was een gereformeerde theoloog van de Reformatie. Musculus werd geboren in het dorp Duss (Moezel), in een Duitstalig gebied (Franstalig, uit de Dertigjarige Oorlog), en was een liefhebber van lied en kennis, van talen, humanisme en religie. De mondelinge overlevering van zijn liederen is nog steeds te vinden in de kerken van de Reformatie.
In 1527 verliet hij het benedictijnenklooster in Lixheim (nu in het gebied van Moselle) om te dienen als diaken van de kathedraal van Onze-Lieve-Vrouw van Straatsburg (Frans: Cathédrale Notre-Dame-de-Strasbourg) en predikant-assistent van Matthäus Zell terwijl hij studeerde bij Bucer en Capito. Hij vertrok in 1531 naar Augsburg en na 17 jaar dienst verliet hij de stad na de invoering van het Augsburg Interim en kwam naar Zwitserland, waar hij vanaf 1549 hoofdprofessor theologie was in Bern. In Bern schreef hij verschillende bijbelcommentaren en Loci communes sacrae theologiae (Gemeenschappelijke plaatsen van de christelijke religie), een belangrijke systematische theologie.
J. S. Bach gebruikte  onder andere Musculus' hymne uit 1530, een parafrase van Psalm 23, als tekst voor zijn koraalcantate Der Herr ist mein getreuer Hirt, BWV 112, die hij voor het eerst uitvoerde in Leipzig in 1731.
Hij publiceerde ook een boek over woeker met de titel De usuris ex verbo dei (Over woeker uit het woord van God), waarin hij kritiek uitte op de praktijk van het drievoudige contract, en waarvan een Duitse versie in 1593 in Straatsburg verscheen.