BWV 401 'O Lamm Gottes, unschuldig' (in F majeur)
"O Lamm Gottes, unschuldig" (O Lam Gods,
onschuldig) is een vroege Lutherse hymne, met tekst en melodie toegeschreven
aan Nikolaus Decius. Oorspronkelijk bedoeld als een Duitse hymne in plaats van
het Latijnse Agnus Dei, werd het eerder gebruikt als een hymne voor Passietijd.
In beide betekenissen is de hymne vaak op muziek gezet, prominent als de cantus
firmus in het openingskoor van J.S. Bachs Matthäus Passion (BWV 244). Het is
opgenomen in de meeste Duitse hymneboeken. De woorden van het Choral zijn de
eerste strofe van N. Decius' vertaling van de "Agnus Dei qui tollis
peccata mundi." Tot de 18e eeuw werd de hymne "O Lamm Gottes,
unschuldig" afgedrukt in hymneboeken zonder een auteur te vermelden. Philipp
Julius Rehtmeyer (de) presenteerde in zijn historische Braunschweigische
Kirchen-Historie een Latijns verslag uit 1600, waarin N. Decius werd genoemd
als de auteur van tekst en melodie van "O Lamm Gottes, unschuldig" en
"Allein Gott in der Höh sei Ehr". Een middeleeuwse melodie kan het
model voor de melodie zijn geweest. De creatie van hymnen door N. Decius wordt
gedateerd 1522-1523, in de vroege Reformatie, vóór Martin Luthers eerste
hymnen, gepubliceerd in 1524 in het eerste Lutherse hymneboek.
Het lied werd voor het eerst gedrukt in het Nederduits in Joachim Slüter (de)'s
Geystlyke leder in Rostock in 1531. De eerste druk in het Hoogduits verscheen
in Valentin S. Schumanns Geistliche lieder auffs new gebessert und gemehrt
(Leipzig, 1539). Het werd verspreid in Duitstalige gebieden.
De melodie, “O Lamm Gottes unschuldig,” werd gecomponeerd of bewerkt door N.
Decius (von Hofe of Hovesch) voor zijn vertaling van de “Agnus Dei.” De melodie
werd, samen met de hymne, gepubliceerd in Anton Corvinus’ Christliche
Kirchen-Ordnung (Erfurt, 1542), uitgegeven, met een voorwoord door Elisabeth,
hertogin van Brunswijk-Luneburg, voor gebruik door de vorstendommen Calenberg
en Göttingen, waarvan zij regentes was. De melodie verscheen voor het eerst met
de tekst in Johann Spangenberg (de)s hymneboek Kirchengesenge Deudtsch
(Maagdenburg, 1545), maar het was een paar jaar eerder in een iets andere
versie verschenen in een hymneboek in Straatsburg.
In alle vroege drukken is "O Lamm Gottes, unschuldig" getiteld Das
Agnus Dei Deutsch (Het Agnus Dei in het Duits), wat aangeeft dat het de positie
van het Agnus Dei tijdens de Abendmahl (communie) moest innemen. Deze functie
werd al snel overgenomen door Luthers "Christe, du Lamm Gottes",
terwijl "O Lamm Gottes, unschuldig", dat de herinnering aan Christus'
Passie toevoegt, werd gebruikt als een hymne voor Passietijd.
De hymne verscheen in 1616 eerst in een katholiek hymneboek, in Paderborn,
daarna in het Groß Catholisch Gesangbuch van David Gregor Corner. Het werd in
1938 als "O du Lamm Gottes unschuldig" opgenomen in de bundel
Kirchenlied als het enige Agnus Dei-lied.
Een oecumenische groep, Arbeitsgemeinschaft für ökumenisches Liedgut (de),
werkte in 1973 aan een gemeenschappelijke versie, die in 1975 verscheen in het
katholieke Gotteslob en in het protestantse Evangelisches Gesangbuch (EG
190.1). In het huidige Gotteslob is het lied GL 203. In al deze liedbundels
werd het lied opnieuw gegroepeerd als een Agnus Dei-lied.
J.S. Bach gebruikte het lied als een cantus firmus in het
openingsdeel Kommt, ihr Töchter, helft mir klagen van zijn Matthäus Passion
(BWV 244). Hij schreef het, zonder woorden, in rode inkt in het midden tussen
het eerste koor bovenaan de pagina en het tweede onderaan. J.S. Bach
componeerde ook koraalpreludes op de hymne, een deel van de Great Eighteen
Coral Preludes als BWV 656 en BWV 1085, te vinden in de Neumeister Collection.
Hij schreef een vierdelige zetting, BWV 401.
BWV 401 Choral 'O Lamm Gottes unschuldig' Rundfunkchor Berlin - Robin Gritton
O Lamm Gottes, unschuldig, BWV 401 · Chamber Choir of Europe & Nicol Matt
(vers in vetgedrukte letters door Bach gezet)
O Lamm Gottes unschuldig,
am Stamm des Kreuzes geschlachtet,
allzeit funden geduldig,
wiewohl du warest verachtet:
all' Sünd' hast Du getragen,
sonst müßten wir verzagen.
Erbarm' dich unser, o Jesu!
O Lamm Gottes, unschuldig
am Stamm des Kreuzes geschlachtet,
allzeit funden geduldig,
wiewohl Du warest verachtet:
all' Sünd' hast Du getragen,
sonst müßten wir verzagen.
Erbarm' dich unser, o Jesu!
O Lamm Gottes, unschuldig,
am Stamm des Kreuzes geschlachtet,
allzeit funden geduldig,
wiewohl Du warest verachtet:
all' Sünd' hast Du getragen,
sonst müßten wir verzagen.
Gib uns dein'n Frieden, o Jesu!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten