BWV 250 Was Gott tut, das ist wohlgetan (in G major)
Met de beperking van nu in gedachten (alles is interpretatie) richten we ons nu eerst op Bach's koralen. Vaak gaat het zowel bij luisteraars als ook bij oratoria om de passies of cantaten die door Bach werden gemaakt. De vierstemmige koralen bieden ook geweldig veel en ook hier komt de virtuoze componist naar voren.
Compositie is van 1734, het jaar waar het voor het eerst is uitgevoerd.
Verwacht niet een uitgebreid verslag of uitleg bij de koralen. Wel probeer ik, voor zover Internet de mogelijkheid biedt, meerdere versies van een koraal te plaatsen. De eerste is een koraal ter gelegenheid van een huwelijk. De tekst van het lied is geschreven door librettist Samuel Rodigast (1649–1708) en de melodie is van Severus Gastorius.
BWV 250 Was Gott tut, das ist wohlgetan Stuttgart Gachinger Kantorei
Was Gott tut, das ist wohlgetan,
es bleibt gerecht sein Wille;
wie er fängt meine Sachen an,
will ich ihm halten stille.
Er ist mein Gott, der in der Not,
mich wohl weiß zu erhalten;
drum lass ich ihn nur walten.
Samuel Rodigast (Schlöben, 19 oktober 1649 - Berlijn, 29 maart 1708) was een Duitse dichter, die vooral bekend is geworden als tekstschrijver van het koraal Was Gott tut, das ist wohlgetan. Dit koraal is door sommige Barokcomponisten, waaronder Johann Pachelbel en Johann Sebastian Bach verwerkt in enkele van hun composities. Rodigast werd geboren als zoon van een Lutherse predikant. Hij studeerde aan de Universiteit van Jena, waar hij na zijn afstuderen in 1671 in dienst trad. In 1680 vertrok hij naar Berlijn, om conrector te worden. Ondanks aanbiedingen om in andere steden te kunnen werken, bleef hij tot zijn dood in Berlijn wonen.Verder werd in de cantates Weinen, Klagen, Sorgen, Zagen (BWV 12) en Nimm, was dein ist, und gehe hin (BWV 144) een couplet van dit koraal gebruikt.
Was Gott tut, das ist wohlgetan is een Duitstalig koraal bestaande uit zes coupletten. De tekst werd in 1674 gedicht door de verder onbekend gebleven Samuel Rodigast, die werkte aan filosofische faculteit van de universiteit van Jena. De tekst werd op muziek gezet door diens vriend Severus Gastorius, die als cantor aan dezelfde universiteit was verbonden. Was Gott tut, das ist wohlgetan is een van de meest door Bach bewerkte koralen. Zo zijn er drie cantates bewaard gebleven die Bach gecomponeerd heeft op basis van dit koraal, namelijk
- Was Gott tut, das ist wohlgetan (BWV 98) (1726)
- Was Gott tut, das ist wohlgetan (BWV 99) (1724)
- Was Gott tut, das ist wohlgetan (BWV 100) (1734)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten