vrijdag 25 april 2025

BWV 349 'Ich dank dir schon durch deinen Sohn'


BWV 349 'Ich dank dir schon durch deinen Sohn' (in F majeur)

Tekst:             Michael Praetorius 1586
Melodie:         Michael Praetorius/Broedergemeenten ca 1580

“Ich dank’ dir schon durch deinen Sohn” is een persoonlijk ochtendlied in tien strofen van vier regels van Michael Praetorius (1571-1621), gebaseerd op de Leipzigse tekst van Franz Burchart uit 1586. M. Praetorius componeerde voor dit liedmelodie de melodie, gepubliceerd in Musae Sioniae, deel 8 (Wolfenbüttel 1610), die gebaseerd is op het Bohemian Brethren-hymneboek (Nürnberg c1580, Zahn 247). J.S. Bach zette dit lied op als een eenvoudig koraal, BWV 349. Het is te vinden in de NLGB als nr. 195, zoals vermeld in het Orgelbüchlein als Ob. 146. De M. Praetorius-zetting is in vier delen en vermeldt als tekstbron Zacharius Berwaldt Gesangbuch (Leipzig 1582). Dietrich Buxtehude componeerde het lied als koraalprelude (BuxWV 195).





Ich dank' dir schon durch deinen Sohn,
O Gott! für deine güte,
Daß du mich heut' in dieser nacht
So gnädig hast behütet.

In welcher nacht ich lag so hart
Mit finsterniß umfangen,
Von all' mein'n sünd'n geplaget ward,
Die ich mein' tag' begangen.

Drum bitt' ich dich aus herzensgrund,
Du wollest mir vergeben
All' meine sünd', die ich begunt
In meinem ganzen leben.

Und wollest mich auch diesen tag
In deinem schutz erhalten,
Daß mir der feind nicht schaden mag
Mit listen mannigfalten.

Regier' mich nach dem willen dein,
Laß mich in sünd' nicht fallen,
Auf daß dir mög' das leben mein
Und all' mein thun gefallen.

Denn ich befehl' dir leib und seel'
Und all's in deine hände,
In meiner angst und ungefäll',
Herr' mir dein' hülfe sende.

Auf daß der fürste dieser welt
Kein' macht an mir nicht finde;
Denn wo mich nicht dein' gnad' erhält,
Er ist mir viel zu g'schwinde.

 Ich hab' es all' mein' tag' gehört:
Menschenhülf' ist verloren;
Drum steh' mir bei, du treuer hort,
Zur hülf' bist du erkoren.

Allein Gott in der höh' sei preis,
Sammt seinem ein'gen Sohne
In einigkeit des heil'gen Geist's,
Der herrscht in's himmelsthrone.

Er herrschet so gewaltiglich
Vom anfang bis zum ende.
Gott Vat'r, Gott Sohn, Gott heil'ger Geist!
B'scher' mir ein selig's ende.

Michael Praetorius (Componist), geboren: 15 februari 1571 - Kreuzberg, Thüringen, overleden: 15 februari 1621 – Wolfenbüttel.
Michael Praetorius was de zoon van Michael Schultze (Praetorius is een Latijnse versie van de naam). Op jonge leeftijd studeerde Praetorius aan de Universiteit van Frankfurt a. O., waarbij zijn broer hem steunde.
Toen zijn broer stierf, werd Praetorius organist in Frankfurt en bekleedde later dezelfde functie in Lüneburg. In deze laatste stad begon Prätorius zijn carrière als Kapellmeister. In 1604 trad hij in dienst van de hertog van Brunswijk in Wolfenbüttel, eerst als organist, later als "kapelmeester" en secretaris. Hij werd benoemd tot ereprio van het klooster Ringelheim bij Goslar, maar zonder de verplichting om daar te wonen.
Praetorius was beroemd geworden als componist van kerkmuziek, waaronder de mammoetuitgave van meer dan twaalfhonderd liederen. Hij begon met het schrijven van een complete encyclopedie van de kunst en praktijk van muziek, waarvan hij drie delen voltooide met de titel Syntagma Musicum. Het tweede deel van dit werk is het meest uitgebreide en waardevolle van alle verhandelingen over instrumenten en instrumentale muziek in de 16e eeuw. Het wordt beschouwd als een van de meest opmerkelijke voorbeelden van muziekwetenschap die er bestaan. Andere titels van hem waren Musae Sioniae, gepubliceerd in negen delen, en Hymnodia Sionae. Hij staat hoog aangeschreven als schrijver en ook als componist van kerkmelodieën.

Michael Praetorius



Geen opmerkingen:

Een reactie posten

BWV 404 ‘O Traurigkeit, o Herzeleid’

BWV 404  ‘O Traurigkeit, o Herzeleid’ (in A mineur) Tekst :                        Vs 1 Friedrich Spee (1628),                              ...